Toelichting Hoe diep het schittert

Wat leuk dat je Hoe diep het schittert heb gelezen! Veel dank. Ik hoop dat je een goede leeservaring hebt gehad. Hieronder lees je een kort interview met wat vragen die wat meer context bieden bij de totstandkoming van Hoe diep het schittert.

Hoe kwam het idee voor Hoe diep het schittert tot stand?
Een paar jaar geleden was ik op vakantie in Puglia. Terwijl ik op het strand lag net buiten Trani, kwam ik het idee voor Hoe diep het schittert. Het klassenverschil is vrij groot in het zuiden van Italië en in Puglia ontging het me niet dat er een duidelijke tweedeling was in de manier waarop de lokale bevolking leefde. De arbeidersklasse zat in goedkope plastic stoeltjes op het strand, terwijl de hogere middenklasse op nog geen honderd meter vederop flaneerde op strandbedjes in beach clubs. Terwijl ik op mijn handdoekje naar de zee aan het staren was, kwam het idee om een interpersoonlijk drama te schrijven over klasse, dat zich gedeeltelijk in het prachtige Puglia afspeelde. Mijn toenmalige vriendin heeft me tijdens die vakantie meegeholpen om wat eerste ideeën uit te denken. Daarna ben ik gaan schrijven. Toen ik in de herfst in mijn eentje ging naar Oxford reisde om de laatste hand te leggen aan het script voor een podcast, groeide het idee van een verhaal met de academische wereld als achtergrond. De prachtige universiteitsgebouwen deden me op een melancholische manier terugverlangen naar mijn studententijd. Dat verlangen verweefde ik in het verhaal. Ik werk zelf parttime als teken- en kunstgeschiedenisdocent, dus mijn kennis van dat vak kwam goed van pas. Het idee voor Hoe diep het schittert heb ik in de winter van 2023 aan mijn uitgeverij gepitcht.

Welke inspiratiebronnen heb je gebruikt?
Het zal voor fans overduidelijk zijn dat mijn favoriete boek The Secret History van Donna Tartt een grote invloed heeft gehad op Hoe diep het schittert. Ondanks een totaal verschillende setting en tijd (The Secret History speelt zich af op een fictionele Amerikaanse universiteit in de jaren tachtig, Hoe diep het Schittert in het hedendaagse Amsterdam) staat net als in dat boek een eigenzinnige vriendengroep centraal. Ook speelt het academische leven in beide boeken een grote rol. Verder heb ik me tijdens het uitdenken en schrijven van Hoe diep het schittert laten beïnvloeden door The Talented Mr. Ripley van Patricia Highsmith. Ondanks overeenkomsten wat betreft de setting (het zonovergoten Italiaanse zuiden) zou je kunnen stellen dat in dat boek precies het tegenovergestelde gebeurd. daar probeert een jongeman middels oplichting en manipulatie om een elitair gezelschap binnen te kruipen. De hogere klasse is in The Talented Mr. Ripley naïef en kortzichtig, wat erin resulteert dat oplichter Tom hen telkens voor de gek kan houden. In mijn roman wordt juist een outsider het slachtoffer van een elitaire groep oplichters. Verdere werken waarvan de invloed niet direct doorvloeit in het boek maar die wel grote impact op me hebben gemaakt tijdens het schrijfproces zijn de boeken Bonfire Of The Vanities van Tom Wolfe, De consequenties van Nina Weijers, Water For The Flowers en Three van Valerie Perrin. Verder kan je invloed van de films en series als La Piscine (1969), Le Mepris (1963), The Talented Mr. Ripley (1999), Call Me By Your Name (2017), Ripley (2024), en het tweede seizoen van The White Lotus (2021) terugzien in het boek. Nadat de eerste versie van Hoe diep het schittert af was, kwam de film Saltburn (2023) uit, die ik qua thematiek en sfeer opvallend dicht in de buurt vond komen van Hoe diep het schittert. Ik heb ik me echter niet direct laten beïnvloeden door deze film.

Hoe verschilt Hoe diep het schittert van je debuutroman Portret van de zomer?
Portret van de zomer is een liefdesverhaal dat ik baseerde op een eigen relatie, al was er veel aan het verhaal geficitionaliseerd. In dat boek baseerde ik de hoofdpersoon op mezelf en een aantal mensen uit mijn omgeving. Hoe diep het schittert heeft veel minder autobiografische elementen. De hoofdpersoon staat ver van mezelf af; hij is een in Engeland opgegroeide twintiger die ik baseerde op twee Engelse vrienden die al enkele jaren in Amsterdam wonen. Toch zijn er ook overeenkomsten; zo heb ik zelf ook een minor kunstgeschiedenis gevolgd aan de Universiteit van Amsterdam. Een ander verschil is dat Portret van de zomer een kritische, haast satirische onderlaag heeft, terwijl die in Hoe diep het schittert ontbreekt. Het is een ernstiger boek met thrillerelementen. Wat betreft de hoofdpersonages en ook thematisch zijn er wel overeenkomsten. In beide romans staan mannelijke ‘twentysomethings’ centraal, die zich moeten verhouden tot een veranderende wereld en een spiegel krijgen voorgehouden door hun omgeving. Ook de thema’s bedrog en identiteit spelen in beide boeken een rol.

Wat vind je het meest geslaagd aan Hoe diep het schittert?
Ik ben het meest tevreden over het laatste deel van het boek. Ik wilde de sfeer van de streek Puglia op de lezer overbrengen. Mijn doel was om de lezer het gevoel te geven om, net als Charlie, een eindeloze, zinderende zomer van schoonheid en luxe te ervaren. De zomer door een roze bril, zij het met wat focus op de oppervlakkige manier van consumeren die daar bij hoort. Ik wilde de streek in al haar geuren en kleuren omschrijven. Volgens mij is dat gelukt.

Wat vond je moeilijk tijdens het schrijfproces?
Het moeilijkste vond ik het uitwerken van het plot. Mijn eerste boek was een autobiografisch liefdesverhaal met een vrij eenvoudige structuur. Ik schreef dat door losse scenes aan elkaar te verbinden. Hoe diep het schittert is niet alleen een stuk dikker, het heeft ook een ingewikkelder plot met een aantal plottwists. Soms was het lastig om ervoor te zorgen dat alles klopte en de boel geloofwaardig bleef. Ik wilde een onheilspellende sfeer neerzetten zonder te snel te veel weg te geven. Gelukkig heb ik tijdens het schrijven van de podcast Hoe Bella Stierf al wat ervaring met het thrillergenre opgedaan. Dat hielp enorm!

Charlie werd door zijn zogenaamde vrienden voorgelogen maar soms was het haast alsof hij zichzelf ook liet bedriegen. Hoe zit dat?
Ik wilde overbrengen dat Charlie is verblind door zijn verlangen een romantisch, filmisch bestaan te leven. Zijn ‘nieuwe’ leven in Amsterdam staat in schril contrast met zijn jeugd in Bristol, met name wanneer hij onderdeel wordt van de vriendengroep van Olivier en co. Moedwillig laat hij bepaalde ‘rode vlaggen’ voor wat ze zijn, omdat hij niets liever wil dan toetreden tot de vriendengroep, en daarmee een hogere klasse. Ook zijn gevoelens voor Valerie spelen daarin een grote rol. Al snel voelt Charlie zich zelfs verheven boven Bristol, de plek die hem heeft gevormd. Gelijktijdig mist hij aanvankelijk de kennis en het culturele kapitaal van de wereld waartoe hij graag wil behoren. Ik wilde laten zien dat je in de stadse wereld niet genoeg hebt aan alleen maar een hoop geld. Je moet de ‘codes’ kennen, weten in welke restaurants je moet eten, wat voor kleding je moet dragen. Olivier heeft door dat Charlie de codes van hip Amsterdam niet machtig is en speelt daar op in. Hij omarmt zijn naïviteit in de hoop dat hij zo tot een andere klasse kan toetreden. Wanneer het te laat is beseft Charlie dat hij in feite niet anders is dan Olivier: iemand die tot het uiterste gaat voor een geromantiseerd en decadent bestaan. Een complex geval van ‘main character syndrome,’ zou je kunnen stellen, haha.

Waarom wilde je een verhaal schrijven over bedrog? Heb je daar ervaring mee?
Nee, dat gelukkig niet. Grappig genoeg heb ik zelf twee ontzettend hechte vriendengroepen waar ik altijd op kan rekenen. Wel vind ik het principe van bedrog een intrigerend, tijdloos onderwerp. Als ik met een cynische bril naar de wereld kijk, dan valt me op dat mensen elkaar maar ook zichzelf contast aan het bedriegen zijn. Door een bepaald imago op te bouwen, bijvoorbeeld, zowel in de echte wereld als op social media. In feite is het verhaal van Charlie een moderne tragedie. Hij leert door schade en schande een pijnlijke les. Ik ben mateloos gefascineerd door de talloze scamverhalen die de laatse jaren in het nieuws opdoken. Denk aan het Fyre Festival debacle, Anna Sorokin of Caroline Calloway. Ik wilde met dit boek blootleggen wat die plotselinge toename in scammers (in mijn optiek) blootleggen: met name jongeren maken zichzelf en elkaar gek in hun queeste naar een boeiend en jaloersmakend leven. Terwijl ik dit schrijf zie je op Tiktok juist veel mensen die laten zien dat hun leven niet over rozen gaat, het Instagram-ideaal van perfecte plaatjes van een paar jaar geleden is alweer uit. Toch creëert de online wereld een dissociaitief spiegelpaleis waarin iedereen zich hyperbewust is van zichzelf en zijn voorkomen. Er zijn talloze brandhaarden in de wereld en de economisch gaat het veel mensen niet voor de wind. Ondanks, of juist daardoor (dat laat ik aan de lezer) wordt de druk om uit te dragen dat je een interssant individu bent groter en groter. Alles voelt voor mij als een competitie, je carriere, de datingmarkt en zelfs je eetgedrag. De vriendengroep van zijn geen oplichters omdat ze daarvoor kiezen maar omdat ze wel moeten om bij te blijven in Amsterdam, een stad die steeds meer het eigendom lijkt van een invloedrijke groep (vermogende) jongvolwassenen. Het zijn jongeren die zich, net als veel mensen in mijn omgeving, een hedonistische levenstijl hebben toegekend die eigenlijk niet meer haalbaar is als je niet bovengemiddeld verdiend. Gelijktijdig flirten deze jongvolwassenen met een leven waarin kunst en filosofie een grote rol speelt, terwijl ze in werkelijkheid vooral consumeren en daarover pochen op internet. Dat zijn vriendengroep zich hier ook schuldig aan maakt, ziet Charlie echter pas in tijdens de vakantie in Puglia.

Er komt veel drugs voor in je boek. Waarom denk je dat zoveel jongeren tegenwoordig drugs gebruiken?
Ik denk dat er talloze redenen voor jongeren zijn om drugs te gebruiken. Als een (gezonde) vorm van escapisme of geestverruiming maar ook meer duistere redenen. Om te ontsnappen aan maatschappelijke druk of vanwege verslavingen bijvoorbeeld. Ik wilde in mijn boek niet perse een oordeel vellen over drugsgebruik, maar wel laten zien dat het onlosmakelijk verweven is met de wereld van stadse jongvolwassenen. Gemiddeld gebruiken ze het vaak en in grote mate. Het Adderall-gebruik van Charlie is (gedeeltelijk) metaforisch. Om het veeleisende studentenleven te combineren met een rijk, sociaal bestaan heeft hij een onnatuurlijk middel nodig om de rest bij te benen. Deze trend zie je overigens wel echt onder studenten. Het gebruik van middelen als concerta nam de afgelopen jaren ontzettend toe en is op veel studies zelfs genormaliseerd.

Met welk personage zou je wel een glas wijn willen drinken?
Megan baseerde ik gedeeltelijk op mijn eigen zusje, dus dat antwoord is makkelijk. Op haar kan ik altijd rekenen en zowel grapjes maken als diepgaande gesprekken voeren. Ik wilde haar van dezelfde rationaliteit voorzien die ik ook in haar zie. Mijn zusje is een emphatisch mens en een echte homemaker, maar ook pragmatisch en een streber. Andere inspiratie voor het personage vond ik in Kim Wexler uit de briljante serie Better Call Saul. Rhea Seehorn speelt een hardwerkende en ambitieuze vrouw met een sterk moreel compas. Verder lijkt me Valerie een interessant persoon. Ik vind het fascinerend dat ze zo tweezijdig en soms zelfs contrair is. Aan de ene kans is ze een heel gepassioneerd en emotioneel mens. Ze houdt zich bezig met allerlei onderwerpen die ook mijn interesse hebben, zoals architectuur, literatuur en kunst. Aan de andere kant is ze kil en gecalculeerd wanneer het om haar doelen en ambities gaat. Ook is ze pessimistisch over de toekomst, waarin schoonheid en intellect een steeds minder prominente plek in de samenleving krijgen. Ik kan me niet volledig vinden in haar kijk op de wereld, maar kan deze wel respecteren. Het lijkt me leuk daar dieper op in te gaan onder het genot van een glas wijn.

Welk personage kan je niet uitstaan?
Olivier, of nee, Joep natuurlijk!

Welke boeken kan je de lezer aanraden als ze zin hebben in een vergelijkbaar boek als Hoe diep het schittert?
Alles in het ‘Dark academia’ genre, zoals The Secret History van Donna Tartt of het vergelijkbare If we were villains van M.L. Miro. Dat laatste boek is naar mijn mening niet zo goed als The Secret History maar biedt alsnog een vermakelijk mysterie dat op een universiteitscampus afspeelt. Verder tip ik The Goldfinch van Donna Tartt. Dat is een chaotisch maar meeslepend verhaal over kunst, verlies en trauma. Boeken van Nederlandse bodem over kunst die ik de moeite waard vond zijn: Duel van Joost Zwagerman en de consequenties van Niña Weijers. Verder raad ik de lezer de boeken Strangers On A Train en The Talented Mr. Ripley van Patricia highsmith aan als je in de mood bent voor een thriller met een ijzersterk plot. Als je geen genoeg kreeg van de mediterrane sferen in het laatste deel van Hoe diep het schittert, dan is Bewaar de zomer van Alma Mathijsen of het lieflijke spookverhaal Briefly, A Delicious Life van Nell Stevens een uitstekende keuze.